Ga naar website navigation Ga naar artikel navigatie Ga naar inhoud

Op het podium: Hans de Kroon in het Living Lab Ooijpolder

Sinds begin 2021 is de Ooijpolder een ‘levend laboratorium’ voor hoogleraar Ecologie Hans de Kroon. Het gebied is een van de drie living labs die in Nederland met subsidie van NWO (drie miljoen euro uit de Nationaal Wetenschaps Agenda) de komende vijf jaar onderzoeken hoe verschillende landschappen duurzamer en diverser kunnen worden. Daarbij werkt De Kroon nauw samen met boeren en andere bewoners uit de Ooijpolder. ‘Als ecoloog alleen krijg ik weinig veranderd. Dit is echt iets wat we samen moeten doen. Want een ecosysteem reikt verder dan een stukje natuur, je moet het gebied echt als geheel inrichten.’

In 2017 luidden De Kroon en zijn collega’s de noodklok: uit hun onderzoek bleek dat driekwart van de insecten uit natuurgebieden is verdwenen. Het zorgde voor een breed gevoel van urgentie, óók bij boeren. ‘Ze kennen het probleem van afnemende biodiversiteit en willen eraan bijdragen om die trend te keren’, weet hij uit zijn vele gesprekken met hen. ‘Maar ze stellen wel randvoorwaarden en dat is ook logisch: het is hun broodwinning. Als je alleen maar zegt “stikstof tot hier en niet verder”, raakt het debat gepolariseerd. Daarom verkennen we hier nadrukkelijk samen nieuwe mogelijkheden: wat werkt voor de landbouw én voor biodiversiteit?’
Die samenwerking begint met veel vragen stellen, niet aan tafel, maar tijdens veldbijeenkomsten, met de poten in de klei: Wat is je ambitie met dit landschap over vijf, tien jaar? Waar ben je tevreden over en wat wil je graag anders? Hoe is het met je bodem? Zitten er regenwormen in? Hoe vaak mest en ploeg je? Boeren op hun beurt stellen ons vragen: wat betekent een kruidenrijk weiland voor de voedingswaarde en de opbrengst, en heb ik dan minder last van ganzen die mijn akers kaalvreten? Allemaal relevante vragen die we proberen aan te pakken met onderzoek.’

Dat zo’n kruidig bloementapijt prima samengaat met veilige dijken toonde De Kroons onderzoek al eerder aan. ‘We dachten altijd: bij beperkte ruimte gaat de ene plantensoort ten koste van de andere, maar het tegendeel blijkt waar. Het lijkt wel alsof de wortels elkaar opjutten, de soorten stimuleren elkaar juist.’ Die wortelkracht zorgt voor een stevige bodemlaag en daarmee een solide dijkbedekking.
Zo leidt fundamenteel onderzoek tot heel praktische toepassingen. Het zorgt ervoor dat De Kroon, alle alarmerende klimaatrapporten ten spijt, de moed niet verliest. ‘Wat mij hoop geeft, is dat we hier in de Ooijpolder de insectengemeenschap weer zien opveren. Dat kan dus als je de goede dingen doet.’

Hans de Kroon studeerde biologie aan de Universiteit Utrecht, promoveerde aan dezelfde universiteit in 1989 en is sinds 2000 als hoogleraar Experimentele plantenecologie verbonden aan de Radboud Universiteit. Foto: Flip Franssen